Actueel

 

Via deze pagina wil ik u graag op de hoogte houden van interessante informatie. Hierbij zal ik aangeven voor welke groep geïnteresseerden deze bedoeld is.

 

Wijzigingen in de belastingwetgeving voor het jaar 2013 (voor particulieren)

 

WIJZIGING VAN DE LOOSSTROOK

 

Met ingang van januari 2013 wordt over de inkomensafhankelijke werkgevers bijdragen voor de Zorgverzekeringswet geen belasting meer betaald. Dit betekent in alle gevallen een verhoging van het netto loon.

 

AUTO VAN DE WERKGEVER (ZAAK)

 

Vanaf 1 januari 2013 worden de woon-werkkilometers van een auto van de zaak aangemerkt als privékilometers. Deze tellen dan mee bij de bepaling van de bijtelling. In veel gevallen zullen daardoor auto’s die nu minder dan 500 km per jaar privé rijden na 1 januari 2013 onder de bijtelling gaan vallen. Dit levert voor het Rijk een structurele meeropbrengst op van ca. €. 1,3 miljard per jaar.

 

EIGEN WONING EN HYPOTHEEK


Alle nieuwe hypotheken die worden afgesloten na 1 januari 2013 dienen een vorm van aflossing in zich te hebben. Dit kan zijn een lineaire aflossing dan wel een aflossing via annuïteiten. Die aflossing is vereist om voor fiscale hypotheekrente aftrek eigen woning in aanmerking te komen.

 

Voor alle bestaande hypotheken veranderd er niets. Wordt de hypotheek na 1 januari 2013 verlengd, al dan niet met een ander renteperentage dan blijft alles ongewijzigd. Wordt de bestaande hypotheek vernieuwd in 2013 wegens verhuizing (verkoop oud en aankoop ander huis) dan veranderd er niets. Wordt echter de hypotheek verhoogd dan gaat voor het meerdere de nieuwe regels van 2013 tellen, dus over het verhoogde deel wel aflossen.

 

Ook een verkoop in 2012 en pas aankopen in 2013 geeft voor de bestaande lening geen wijzigingen. Wordt er nieuw geld bij geleend dan is de aflossingsplicht van toepassing.

 

Wordt de bestaande woning verbouwd met nieuw geleend geld dan is voor dat nieuwe geld de aflossingsplicht van toepassing.

 

Bij aankoop van een nieuwe woning en de (nog) niet verkochte bestaande woning tellen de volgende regels. De dubbele hypotheeklasten blijven drie jaar lang aftrekbaar. Wordt voor de nieuwe woning geld bij geleend dan geldt daarvoor de aflossingsplicht.

Als niet aan de aflossingsplicht wordt voldaan dan wordt de gehele aftrek van hypotheekrente gestopt. Dus de alle rente is vanaf dat moment niet meer aftrekbaar. De regeling kent echter een soort tegemoetkoming waardoor, in het uiterste geval, de aflossingsplicht na vier jaar weer op orde moet zijn. Wordt de aflossingsplicht na die vier jaar niet nagekomen, dan vervalt de gehele renteaftrek. Voor startersleningen geldt in de eerste drie jaar geen verplichting tot aflossing.

 

Welke zijn de gevolgen voor de kapitaalverzekering eigen woning? De rente over het kapitaal dat is opgebouwd voor aflossing van de hypotheekschuld is nu niet belast voor zover het verzekerde kapitaal de circa €. 150.000 per persoon niet overstijgt.  Omdat het huidige systeem  het aflossen van de hypotheekschuld niet stimuleert gaat dit veranderen. Wordt na 1 januari een dergelijke verzekering afgesloten dan dient de waarde te worden opgegeven voor Box 3 (sparen en beleggen).

 

Wordt de woning verkocht en blijft er een restschuld achter dan is de rente over die restschuld aftrekbaar over een periode van tien jaar.

 

ZORGTOESLAG

 

Over het jaar 2013 ontvangt iedereen met een verzamelinkomen onder de €. 30.939 zorgtoeslag. Als je een toeslagpartner hebt is dit bedrag hoger. Samen mag je maximaal €. 42.438 verdienen. Vanaf 1 januari 2013 worden de voorwaarden uitgebreid. Belastingplichtigen met een laag inkomen doch een hoog bedrag op de spaarrekening of andere bezittingen krijgen geen zorgtoeslag meer. De wet op de Zorgtoeslag wordt uitgebreid met een vermogenstoets.

Die bepaalt dat je ook geen zorgtoeslag meer krijgt als de grondslag voor sparen en beleggen in Box3  €. 80.000  meer bedraagt dan de vrijstellingsgrondslag van €. 21.139. Dit geldt ook als je samen met jouw partner.

Het eigen risico in de zorg gaat in 2013 naar €. 350 per persoon maar deze stijging wordt voor de lagere inkomens voor een deel gecompenseerd door een hogere zorgtoeslag 2013. Zo wordt in 2013 tot het niveau van het verplicht minimumloon voor 115 euro van het extra eigen risico gecompenseerd .

U krijgt maximaal €. 70 per maand als zorgtoeslag wanneer u alleenstaande bent en €. 146 bij paren of meerpersoonshuishoudens. Bij een meerpersoonshuishouden speelt ook het inkomen van de partner een rol. De partner heet dan toeslagpartner. Dat is de huisgenoot:

  • Die uw fiscale partner is voor de inkomstenbelasting.
  • Met wie u bij de notaris een samenlevingscontract hebt afgesloten.
  • Met wie u samen een kind hebt of waarbij 1 van u het kind van de ander heeft erkend.
  • Die ook vorig jaar al uw toeslagpartner was.
  • Die met u pensioenpartner is.
  • Met wie u samen een koopwoning hebt gekocht en met wie u samen aansprakelijk bent voor de hypotheek.

 

KINDEROPVANGTOESLAG

 

De Rijksoverheid vindt dat er te veel geld gaat naar de kinderopvang en moet bezuinigen. Het gebruik van kinderopvang is de laatste jaren sterk gestegen. In 2005 werden nog circa 375.000 kinderen in kinderopvang opgevangen, in 2010 is dit opgelopen tot 822.000. Bovendien zijn de kosten per kind in de kinderopvang sterk toegenomen. Het aantal kinderen is dus meer dan verdubbeld, maar de overheidsuitgaven aan kinderopvangtoeslag zijn zelfs verdrievoudigd. Daarom komt de regering met bezuinigingen op de kinderopvang en gaat vanaf 2013 de kinderopvangtoeslag omlaag. U gaat voor de kinderopvang vanaf 2013 alleen maar meer geld betalen.

 

Wat vanaf 2013 gaat gebeuren is het volgende:

  • Hogere inkomens gaan meer extra betalen naarmate hun inkomen hoger is;
  • Maximale uurprijs voor kinderopvang wordt in 2013 €. 6,46;
  • Maximale uurprijs buitenschoolse opvang wordt in 2013 €. 6,02

Zo neemt de extra ouderbijdrage bij de opvang van twee kinderen van 0 tot 4 jaar bij twee dagen in de week als volgt toe:

 

Extra maandelijkse ouderbijdrage kinderopvang, 2012 ten opzichte van 2011 en 2013 ten opzichte van 2011

Inkomen 2012 t.o.v. 2011 2013 t.o.v. 2012 Totaal t.o.v. 2011
minimum:           € 19.000 € 22 € 15 € 37
modaal:              € 35.000 € 37 € 15 € 52
2x modaal:         € 70.000 € 81 € 15 € 96
4x modaal:         € 135.000 € 99 € 191 € 290

De €. 15 tot €. 191 euro betekent een aanpassing van de kinderopvangtoeslagtabel 2013 in die zin dat u deze bedragen minder als toeslag ontvangt, en dus meer zelf gaat betalen.

Vanaf 2012 is de kinderopvang niet alleen duurder, maar is ook veel moeilijker haalbaar. Dat is geen prettig vooruitzicht. Voor hogere inkomens komt er ook nog een vermogenstoets aan.

 

Wat zijn doelgroepouders?

Onder doelgroepouders worden verstaan de ouders die weliswaar tijdelijk geen werk hebben, maar in een traject naar werk zitten. Over het jaar 2012 kon u dan kinderopvangtoeslag aanvragen voor het gehele jaar, maar vanaf 2013 is het zo dat als het traject in bijvoorbeeld de maand augustus is afgelopen u na augustus geen recht meer hebt op de kinderopvangtoeslag.

 

KINDGEBONDEN BUDGET

 

De overheid bezuinigt sinds 2012 op het kindgebonden budget. Dit is nodig omdat de jaarlijkse kosten in 5 jaar tijd zijn toegenomen van €. 600 miljoen tot €. 1 miljard. Een van de maatregelen is een vermogenstoets (zie zorgtoeslag hiervoor) die vanaf 2013 wordt toegepast. Het kabinet-Rutte-Asscher is van plan het kindgebonden budget aan te passen. Een van de maatregelen is een verhoging voor alleenstaande ouders vanaf 2014.

Het kabinet neemt de volgende maatregelen: (vanaf 2012)

  • Het volledige bedrag aan kindgebonden budget is vanaf 2012 beperkt tot 2 kinderen. Vanaf het 3e en volgende kind krijgen ouders minder kindgebonden budget. Voor het 3e kind geldt een maximum van €. 183 per jaar. En voor het 4e en ieder volgende kind geldt een maximum van €. 106 per jaar. De hoogte van het bedrag hangt van het inkomen af.
  • Vanaf 2013 wordt het kindgebonden budget voor het tweede kind met €. 75 per jaar verhoogd. De bedragen voor de andere kinderen blijven gelijk.
  • De bedragen voor het kindgebonden budget worden van 2013 tot en met 2015 niet gecorrigeerd voor de inflatie.

 

Plannen kabinet Rutte-Ascher voor 2014

Het kabinet-Rutte-Asscher wil voor alleenstaande ouders een extra bedrag op het kindgebonden budget van €. 2800 per jaar introduceren. Deze zogenoemde alleenstaande ouderkop compenseert het afschaffen van:

  • de aanvulling in de bijstand en de aanvulling in de Algemene nabestaandenwet voor alleenstaande ouders;
  • de alleenstaande ouderkorting en de aanvullende alleenstaande ouderkorting.

In 2014 gaat ook de inkomensgrens omlaag. Om het volledige bedrag aan kindgebonden budget te ontvangen, geldt een inkomensgrens. Deze wordt verlaagd naar de inkomensgrens die ook in de zorgtoeslag geldt.

De plannen worden uitgewerkt in wetgeving en gaan pas in als de Tweede en Eerste Kamer akkoord zijn.

 

KINDERBIJSLAG

 

De kinderbijslag voor het jaar 2013 blijven ongewijzigd. Om de bedragen voor de kinderbijslag 2014 te kunnen begrijpen is het goed om te weten hoe het systeem van de kinderbijslag tot nu toe werkt. De kinderbijslag is wettelijk geregeld via de wet AKW. De hoogte van de kinderbijslag per kind is afhankelijk van de leeftijd van het kind waarbij er drie groepen zijn:

 

Kinderbijslag 2012 voor kinderen geboren op of na 1 januari 1995

Leeftijd 0 t/m 5 jaar oud 6 t/m 11 jaar oud 12 t/m 17 jaar oud
Hoeveel kinderbijslag per kind januari 2012 € 188,57 € 228,98 € 269,39
Hoeveel kinderbijslag per kind juli 2012 € 191,65 € 232,71 € 273,78

 

Verder speelt het aantal kinderen in uw gezin een rol:

Kinderbijslag 2012 voor de kinderen geboren vóór 1 januari 1995

Aantal kinderen dat u hebt Hoeveel kinderbijslag per kind per kwartaal per januari 2012
1 € 269,39
2 € 309,40
3 € 322,73
4 € 349,11
5 € 364,94
6 € 375,50
7 € 383,03
8 € 396,59
9 € 407,13
10 € 415,56

 

Het kabinet Rutte Asscher wil dit veranderen. De kinderbijslag wordt voor elke leeftijd gelijk aan het bedrag dat geldt voor kinderen tot 6 jaar en dit bedrag wordt in 2014 en 2015 niet geïndexeerd:

 

Kinderbijslag 2014 en kinderbijslag 2015, bedragen per kwartaal

Leeftijd 0 t/m 5 jaar oud 6 t/m 11 jaar oud 12 jaar en ouder
Hoeveel kinderbijslag per kind € 188,57 € 188,57 € 188,57

 

OVERDRACHTSBELASTING

 

Het percentage overdrachtsbelasting voor woningen en aanhorigheden is structureel verlaagd tot 2% van de overdrachtswaarde.

 

Het kabinet wil de termijn waarbinnen particulieren of ondernemers verminderde overdrachtsbelasting kunnen claimen, tijdelijk verlengen van 6 naar 36 maanden.

Als eigenaren hun woning of bedrijfspand doorverkopen, kunnen zij een vermindering van de overdrachtsbelasting claimen. Maar doordat de huidige vastgoedmarkt op slot zit, kunnen zij daarvan onvoldoende gebruikmaken. Het kabinet wil met de vermindering van de overdrachtsbelasting de vastgoedmarkt tegemoet komen.

De maatregel gaat in op 1 september 2012 en loopt tot 1 januari 2015.

 

SCHOLINGS- EN STUDIEKOSTEN

 

Met ingang van het jaar 2013 zijn de aftrekbare studiekosten beperkt tot de volgende categorieën, te weten; lesgeld, cursusgeld, collegegeld, examengelden en promotiekosten alsmede door de onderwijsinstelling verplicht gestelde leermiddelen en beschermingsmiddelen.

Leermiddelen zijn gebruiksvoorwerpen gericht op het bijbrengen studiegerelateerde kennis en vaardigheden met uitzondering van computerapparatuur en bijbehorende randapparatuur.

Beschermingsmiddelen zijn een studiegerelateerd gebruiksvoorwerp dat dient ter voorkoming van verwonding van een persoon of tot voorkoming van schade aan kleding.

Promotiekosten zijn kosten van publicatie van een proefschrift alsmede de kosten van de voorgeschreven kleding voor de promovendus en de paranimfen voor de promotieplechtigheid.

 

SPECIFIEKE ZORGKOSTEN

 

In de zorgverlening worden voor steeds meer aspecten een aanvullende eigen bijdragen verschuldigd. Denk aan eigen bijdragen voor hoortoestellen en eigen bijdragen voor een verblijf in een instelling voor medisch specialistische zorg. Deze aanvullende eigen bijdragen zijn vervolgens niet meer aftrekbaar voor de inkomstenbelasting.

Daarnaast worden kosten voor IVF behandelingen voor vrouwen ouder dan 43 niet aftrekbaar gesteld. IVF behandelingen voor vrouwen jonger dan 38 jaar waarbij meer dan 1 embryo tegelijkertijd wordt teruggeplaatst zijn wat betreft de eerste twee behandelingen niet aftrekbaar.

Tevens zijn uitgesloten enkele hulpmiddelen voor de  mobiliteit. Hierbij moet u denken aan de rollator en de kruk.